Daar stond hij, bruingebrand door de zon, een brede lach, duidelijk in de bloei van zijn leven, hij zal sportief geweest zijn deze man. Naast hem een goudbruine Simca 1000. Een foto uit de jaren ’70 zoals ik er veel voorbij zie komen in de talloze fotopresentaties die bij uitvaarten getoond worden tegenwoordig. Als aanvulling op de gesproken woorden. Om het beeld van degene van wie we afscheid nemen nog even vast te houden.
Terwijl de foto vervangen wordt door een volgende klinkt Une belle histoire van Michel Fugain. De plaatjes van de man met zijn gezin volgen elkaar op. Een tijdsbeeld met daarin gevangen het geleefde leven van deze mens.
Onwillekeurig dwalen mijn gedachten af naar de man in de kist, de man die we overbrachten van het verzorgingshuis waar hij de laatste jaren van zijn leven doorbracht naar ons uitvaartcentrum. Die we verzorgden met zijn dochters. Vrouwen van mijn leeftijd. Ze zitten voorin de aula, hun moeder, klein, teer en kwetsbaar tussen hen in. Vergeten waarom ze daar zit maar ontroert door de beelden op de schermen die haar terugbrengen in het leven dat schijnbaar achteloos aan haar voorbij getrokken is.
Een mooi verhaal was het. Dat is zeker. Hij en zijn grote liefde. De twee dochters die geboren werden. De welvaart die ze kenden. Het huis met de grote tuin. De nieuwe Simca die ze kochten van het geld dat ze spaarden. Ze bleven samen al was niet altijd gemakkelijk geweest. Misschien waren er anderen. Het deed er niet meer toe.
Hij droeg zijn trouwring links. Katholiek waren ze. Getrouwd in de kerk en beide dochters gedoopt. Later gingen ze alleen nog met kerst naar de nachtmis. Het belijden van hun geloof speelde geen rol meer in hun leven. Dat hadden ze achter zich gelaten in deze vorm. Bij het sluiten van de kist voorafgaand aan de samenkomst nam ik de ring af en deed hem in het ringendoosje dat ik aan de dochters overhandigde. Zijn vrouw keek ernaar. Ze hief haar linkerhand op en liet mij haar ring zien.
Ze vertelde me dat ze getrouwd was met de mooiste man die ze kende. Dat ze zo gelukkig met hem was maar niet wist waar hij naartoe was gegaan. Ze had hem al een poosje niet gezien.
Haar dochters namen haar mee naar de aula. Op het scherm de foto. “Ach, die bedoel ik” verzuchtte zij voordat ze plaatsnam. Ze draaide zich om en lachte naar me. Ik lachte terug. Een mooi verhaal.